Deze oefening is onderdeel van leerlijn: Interview - 10

29 Formulier

Je maakt een formulier omdat je informatie wilt hebben. Je stelt gerichte vragen (vragen die een bepaalde kant opgaan), en hoopt dat de invuller van het formulier die goed begrijpt en jou de informatie geeft die je wilt hebben. De kans dat dat lukt, is het grootst als je je goed nadenkt hoe je je vraag het beste op kunt schrijven. En als je je weet te verplaatsen in de invuller.

Voor je begint met schrijven: wil je eerst meer weten over het genre (dit soort teksten) ‘formulier’, kijk dan hier . Wil je een voorbeeld van een gericht, en een niet zo gericht opgeschreven vraag zien, kijk dan hier.

Je bent net aangenomen bij het programma First Dates. Dat programma probeert kandidaten te vinden die goed bij elkaar passen. De makers van het programma hebben besloten dat het aanmeldingsformulier voor de kandidaten verbeterd moet worden. Nu vraagt dat formulier alleen maar naar naam, emailadres, telefoonnummer. Maar eigenlijk wil men een vraag of aantal vragen op het formulier die goede informatie loskrijgen over het karakter van de kandidaat:

  1. bekijk hier het huidige aanmeldingsformulier van First Dates;
  2. bedenk één of twee nieuwe vragen voor het formulier die goede informatie over het karakter van de kandidaat op gaan leveren;
  3. en die de kandidaat ook meteen de in juiste stemming voor het programma brengen.

Lees een fragment uit een kort verhaal van Peter Middendorp, ‘Meisjes mailen‘. Hij beschrijft hoe hij zich inschrijft bij een datingsite. Er worden hem wat dingen gevraagd, en vervolgens rollen er meisjes uit met wie hij kan gaan mailen:

  1. op het formulier staan een aantal vragen, en eentje daarvan – over de inbreker – springt er nogal uit: waarom zou die op het formulier staan?;
  2. het wordt niet duidelijk hoe de ik-persoon (in dit verhaal de invuller van het formulier) de vraag over de inbreker invult, maar opmerkelijk vindt hij hem kennelijk wel anders werd hij in het verhaal niet genoemd. Wordt duidelijk wat het effect van die vraag is op de invuller, of op de informatie die de invuller aan de datingssite geeft?

Laten we even aannemen dat er echt een datingsite bestaat met die vraag over de inbreker. De makers van die site denken dat het antwoord op die vraag iets zegt over het karakter van degene die het formulier invult. Uit het antwoord zou je kunnen afleiden of de invuller denkt heel bang, dapper of onbezorgd te zijn.

  1. kijk nu nog eens naar de vraag/vragen die jij stelde: heb je daar een heel zakelijke, gerichte ondervraging van gemaakt (iets als: ‘hoe zou je je karakter omschrijven?’);
  2. of ben je speelser te werk gegaan (bijvoorbeeld: ‘op welke bekende Nederlander lijk je, vind je zelf?);
  3. zou je de vraag/vragen bij nader inzien anders willen stellen, als je kijkt naar het soort kandidaten dat het programma wil trekken?
  4. als je wat meer tijd hebt, doe dan een test:
    • Vraag vijf medeleerlingen om de vragen die je hebt geschreven, hardopdenkend in te vullen. Aanwijzingen voor zo’n test vind je in hoofdstuk 8 van de Formulierenwijzer (zie begrijpelijkeformulieren.org).
    • Noteer zorgvuldig wat de invullers allemaal zeggen: denken ze in de richting die jij ze met je vraag ook op wilde sturen?
    • Maak nu een verbeterde versie van je formulier.

Je kunt je eindproduct beoordelen met deze matrix.

Deze oefening is gemaakt met de hulp van Bulkboek.

Meer weten?

Zoek een nieuwe oefening
Neem contact met ons op