Docenten

Wat voor soort schrijfonderwijs biedt SchrijfLab?

Visie op schrijven

SchrijfLab biedt schrijfoefeningen waarmee leerlingen hun gedachten leren omzetten in taal, zodat anderen hun gedachten kunnen lezen en leren kennen.

Veel bestaand schrijfonderwijs gaat over het plannen van het schrijfproces, en over het verwerken van feedback en daarna herschrijven van een tekst. Hoe belangrijk plannen en herschrijven ook zijn, schrijfvaardigheid gaat in de kern over het vinden van taal die je binnenwereld (je gedachten) verbindt met de buitenwereld (iedereen en alles om je heen). In SchrijfLab oefenen leerlingen daarmee. We maken dat deel van het schrijfprocres zo concreet en inzichtelijk mogelijk voor de leerlingen, om ze te laten zien dat het vinden van woorden een vaardigheid is die je onder de knie kunt krijgen. Wie daarover eerst meer wil weten, raden we aan de Kennisclips te bekijken.

Leerdoelen en didactiek

Wie gedachten wil omzetten in taal, moet controle krijgen over inhoud (wat wil je zeggen?) en vorm (hoe wil je het zeggen?). Alle oefeningen in SchrijfLab gaan over vaardigheden die vorm en inhoud leren vinden: taalvermogen vergroten, burgerschapszin ontwikkelen, genres leren gebruiken, veelbesproken thema’s leren kennen en creativiteit ontwikkelen.

Per vaardigheid leggen de oefeningen een didactisch accent op het vinden van inhoud of vorm, of van inhoud én vorm. Per vaardigheid is er ook een passend leerdoel. In een schema ziet dat er zo uit:

didactisch accentvaardigheidleerdoel
vormtaalvermogentalig vermogen vergroten
inhoudburgerschapmet taal een rol in de wereld leren spelen
vormgenrebestaande vormen leren gebruiken
inhoudthemaover breed gedeelde kwesties leren schrijven
vorm- en inhoudcreativiteittalige oplossingen voor denkproblemen vinden

Leerdoel, niveau, duur

Elke oefening begint met een inleiding waarin het leerdoel uitgelegd staat. Ter voorbereiding kan ook gekeken worden naar globale informatie over de vaardigheid die wordt geoefend, en het niveau en de duur van de oefening.

Stappen met instructies

Na de inleidingen volgen stappen met instructies. Elke stap heeft een kopje (bijvoorbeeld ‘waarnemen’, of ‘rijmen’, of ‘nadenken’, of ‘lezen’). Dat kopje geeft aan wat de kern van de instructie is. Per stap wordt zo concreet mogelijk aangegeven wat de opbrengst van die stap gaat zijn, zodat de leerlingen hun doel in de gaten kunnen houden. Daarbij maken we gebruik van voorbeelden of tips die de leerling helpen die stap goed af te ronden.

Denken = schrijven

In deze stappen zit al heel snel, vaak zelfs als eerste, een stap die leerlingen aan het schrijven zet. Er wordt bij aanvang niet eerst veel gelezen of overlegd, maar meteen geschreven om het denken over inhoud op gang te laten komen. Ook wordt er vaak gevraagd kritisch naar het eigen product te kijken, of met medeleerlingen te overleggen. Op die manier wordt voor leerlingen het denkproces dat aan het schrijven ten grondslag ligt duidelijker en krijgt de leerling het zoeken naar taal en woorden meer onder controle.

Beoordeling en toetsing

Aan het eind van alle stappen hebben de leerlingen een zelfgeschreven tekst die beoordeeld kan worden op vorm en inhoud, aan de hand van criteria die in de instructiestappen duidelijk zijn geworden. Omdat Schrijflab.nl een website is, ligt het evalueren van de schrijfproducten geheel bij de docent. Uit onderzoek weten wij dat docenten dat heel verschillend doen: klassikaal, individueel, schriftelijk, mondeling, peer review en wat dies meer zij. Ook de feedback zal verschillen per klas, per docent en per oefening. De feedback-manieren die wij aanbieden zijn daarom niet meer dan suggesties.

Losse oefeningen

De site bestaat uit losse oefeningen die allemaal circa een lesuur duren. Die oefeningen zijn gericht op het aanleren van de 5 centrale vaardigheden. De meeste oefeningen kunnen zowel voor onder- als bovenbouw gebruikt worden, maar een aantal is specifiek voor onder- dan wel bovenbouw gemaakt. De oefeningen kunnen doorzocht worden op vaardigheid. niveau en duur via de compacte zoekmachine.

Leerlijnen

Daarnaast zijn er leerlijnen die leiden naar een schrijfproduct in een genre dat in het voortgezet onderwijs veel geoefend wordt. Een leerlijn bestaat meestal uit een reeks van 5 oefeningen die op elkaar aansluiten. Toch is zo’n leerlijn geen naadloos lineair proces. Overeenkomstig onze visie op schrijven en lezen is een leerlijn ingericht als een reeks onderling samenhangende oefeningen die behalve instructief ook verkennend en verbredend werkt. Ook die leerlijnen zijn doorzoekbaar middels een zoekfunctie. De laatste oefening in die leerlijn is een proef op de som: kan de leerlingen alle geleerde vaardigheden bij elkaar voegen en een schrijfproduct maken zoals een betoog, beschouwing, advertentie etc.

Kennisclips

We maakten drie Kennisclips rond de cruciale processen schrijven, creativiteit en lezen. De Kennisclips geven geen instructie over het gebruik van de site of het maken van de oefeningen, maar leggen uit hoe wij aankijken tegen schrijven, creativiteit en lezen. Het idee is dat ook die Kennisclips leerlingen kunnen helpen om denkprocessen rond schrijven te begrijpen.

LitLab

We verwijzen in het hoofdmenu van SchrijfLab ook naar LitLab – een site voor literatuuronderwijs op middelbare scholen, eveneens van de Universiteit Utrecht – omdat er veel overlap zit in de visie op lezen en schrijven die aan beide sites ten grondslag ligt.

Taalbaas

In opdracht van OCW en het filmproductiebedrijf Sugar Rush maakten we 4 series van 10 masterklassen over lezen en schrijven die geïnteresseerde leerlingen nog een stuk verder kunnen helpen in hun ontwikkeling. Taalbazen zijn acteur Daniël Kolf, presentator Khalid Kasem, schrijver en dichter Marieke Lucas Rijneveld en spoken word artiest Zaïre Krieger. In 10 wat langere videoclips nemen ze leerlingen mee in wat zij zelf als Taalbaas kunnen met het Nederlands. De reeks videoclips kan als ‘cursus’ gebruikt worden, maar het is ook goed mogelijk om losse afleveringen (die over afzonderlijke onderwerpen gaan) te bekijken.

Autonomie van de docent

Hoewel de website over het algemeen nauwkeurige didactiek bevat, blijkt uit onderzoek dat docenten de oefeningen graag naar hun hand zetten. Dit is verdisconteerd in hoe de oefeningen zijn opgezet, want Schrijflab.nl pretendeert niet voor elke situatie, voor elk niveau, voor elke schoolklas, voor elk tijdstip van de dag de juiste oefening te verstrekken. Ook zijn oefeningen natuurlijk soms te lang of te kort, of heeft een docent andere leesvoorbeelden, een actuelere insteek of een bepaald pedagogisch doel waar de oefening als opmaat voor fungeert. Natuurlijk is het mogelijk om de oefeningen precies zo te doen zoals ze op de site staan, maar aanpassen naar de concrete situatie in de klas is altijd beter. Dit geldt ook voor de lesvormen. De docent kan de oefening zelf voorbereiden en de leerlingen enkel de instructies geven. Hij/zij kan de oefening klassikaal behandelen (op een digibord), maar ook kan elke leerling op de eigen laptop de oefening zien en maken, al zweren andere docenten bij schrijven met de pen op papier. Ook wat betreft feedback hebben sommige docenten uitstekende ervaringen met peer feedback – met als bijvangst de reductie van het nakijkwerk – terwijl anderen de schrijfproducten graag in de kantlijn becommentariëren. Hopelijk bieden de schrijfoefeningen genoeg inhoudelijke inspiratie voor het schoolvak Nederlands, dat is het uiteindelijke doel.

SchrijfLab is ontwikkeld in aan de Universiteit Utrecht, in samenwerking met de Akademie van Kunsten van de KNAW en met subsidie van het ministerie van OCW. SchrijfLab is tot stand gekomen op basis van ontwerponderzoek onder docenten, lerarenopleiders, vakdidactici en leerlingen, zoals uitgevoerd door Micha Hamel en Els Stronks (projectleiders, inhoudelijk verantwoordelijken) en Daan van den Broek, Delila Dönmez en Henrik Laban (student-assistenten).

Velen hebben een bijdrage geleverd, zowel door inspiratie met ons te delen als door inhoud voor deze site in te sturen. We bedanken met name:

docenten
Cecileke Cortie
Ariane Linnert
Barbara Snel
Bianca Graat
Eline Claessens
Emile Heussen
Evah den Boer
Jaap van der Molen
Karin Echten
Mara Rooijmans
Marian Kleverkamp
Marie-José Klaver
Marlotte Brouwers
Neelke Ebbelink
Rémi Slettenhaar
Rogier Fonteijne
Suzanne van Norden
Tom Borsten
Yke Schotanus

Journalisten, schrijvers, dichters, wetenschappers, leerlingen
Afdeling Bijzondere Collecties (Universiteitsbibliotheek Groningen)
Ahmedjan Kasim
Adriaan van Dis
Adrie Hemmink
Anja Sicking
Annie Pijnenborg
Arjan van Dalfsen
Arjen Florijn
Arno Visser
Bart Besamusca
Bram Scharpach
Bram Schouw
Berend van der Hijden
Chris van der Vegt
Christine Otten
Cuno Balfoort
David Colmer
David Roelofs
Dennis Rijnvis
Ellen en Martin Peters
Erik Rietveld
Floor Houben
Gerdineke van Silfhout
Guido van Hengel
Guus Middag
Hans Renders
Heidi Koren
Henk Pander Maat
Ianthe Sahadat
Ineke van Leeuwen-Reuvekamp
Ivar Schute
Jaap Toorenaar
Jaap van der Molen
Jan Zwemer
Jeroen Steenbakkers
Joost Lieuwma
José Franssen
Katinka Beker
Kees Buysrogge
Kila van der Starre
Lena Claessen
Leo Lentz
Louise Cornelis
Lucas van der Deijl
Lys en Sjoerd Hamburger
Marijke Meijer Drees
Mischa Andriessen
Oscar Gelderblom
Paulien Cornelisse
Piet Meeuse
Pieta van Beek
René Koekkoek
Roland de Bonth
Rozanne Versendaal
Sibe Doosje
Stéphan Lam
Tanny Dobbelaar
Ton Naaijkens
Tsead Bruinja
Wendela de Raat
Willemijn Zwart (KomVoor)
Wim Daniëls
Wout Morra
Wyke Stommel

Er zijn in Nederland veel deskundigen die zich met schrijfonderwijs bezighouden: schrijfcoaches, vakdidactici, uitgevers, maar ook schrijvers zelf. Hieronder geven we een overzicht van personen en organisaties die wij hebben geraadpleegd.

Akademie van Kunsten (2019), Een schrijfacademie op school. Hoe werkt dat?. Amsterdam, KNAW.

Daan van den Broek en Delila Dönmez (2022), Jongerenmanifest voor het schoolvak Nederlands. Zie ook: Neerlandistiek.nl, 26 april 2022.

Inez Kloosterman (2022), Shine als een schrijver. Een onderzoek naar strategische schrijfdidactiek in de brugklas.

Joke Brasser (2022), Schrijfstijl voor de brugklas. Een onderzoek naar het effect van een stijlbewuste didactiek op het schrijfplezier en de schrijfvaardigheid van leerlingen in de brugklas havo/vwo .

Daan van den Broek en Delila Dönmez (2022), Een ideeënrondgang onder scholieren voor Schrijfakademie.nl.

Simon Schoonmaker (2022), De vermaledijde Vesparade. Korte verhalen over en van de Gooise jeugd voor het vak Nederlands, met titelverklaring, en de schrijfopdracht.

Micha Hamel en Els Stronks (2022), Lezen en schrijven is een cirkel: Het effect van gecombineerd lees- en schrijfonderwijs. In Y. V. Dijk, M-J. Klaver, E. Stronks, & M. Hamel (Eds.), Omdat lezen loont: Op naar effectief leesonderwijs in Nederland, (1 ed., pp. 218-227). Uitgeverij Pica.

Micha Hamel en Els Stronks (12-07-2022), Leren lezen en schrijven vergt meer dan het kunstje van de sollicitatiebrief. Volkskrant.

Micha Hamel en Els Stronks (15-09-2022), Als pubers niet leren schrijven, stokt ook hun vermogen tot lezen en inleven.. Trouw.

Micha Hamel en Els Stronks (2023), Een nieuw ontwerp voor het schrijfonderwijs in het schoolvak Nederlands. Nederlandse letterkunde 28.1, 57-90.

Arredondo, J. (2018), Complete First Language English for Cambridge IGCSE. Oxford University Press, second edition.
Biesta, G. (2020). Risking Ourselves in Education: Qualification, Socialization, and Subjectification Revisited. Educational Theory, 70, 89-104.
Brillenburg Wurth, K. (2014), ‘The Creativity Paradox: An Introductory Essay’, in: The Journal of Creative Behavior 53, 2019, 127-132.
Cramer, F. L. Evers, A. Helmling, K. Kuitenbrouwer, M. Sondeijker, J. Wesseling (2017), Position Paper Critical Making. Amsterdam: De Waag, https://waag.org/sites/waag/files/position-paper-critical-making.pdf
Brandt, D. (2015), The Rise of Writing. Redefining Mass Literacy. Cambridge: Cambridge University Press.
Burroway, J., Imaginative Writing. The Elements of Craft. Pearson, 2014 (vierde druk, eerste druk 2003).
Elving, K. (2019), Effectieve leeractiviteiten voor het schrijfonderwijs in havo 4. LOT, Utrecht.
Flower, L. en J. Hayes (1981), ‘A Cognitive Process Theory of Writing’, College Composition and Communication 32 (4), 365–387, 369.
Janssen, D. en Lucas van der Deijl (2019), Schrijven voor de wetenschap. Bussum: Countinho.
Kiverstein, J. en E. Rietveld, Scaling-up skilled intentionality to linguistic thought, Radical Views on Cognition, Special Issue of Synthese. An International Journal for Epistemology, Methodology and Philosophy of Science 198 (2021), 175-194
Bart van der Leeuw en Theun Meestringa, Genres in schoolvakken. Taalgerichte didactiek in het voortgezet onderwijs. Bussum: Countinho, 2014.
Suzanne van Norden, Iedereen kan leren schrijven. Schrijfplezier en schrijfvaardigheid in het basisonderwijs. Bussum: Countinho, 2018.
Rijlaarsdam, G. (2021), Schrijfprocessen. Didactiek Nederlands – Handboek. Geraadpleegd 31 mei 2021, via: https://didactieknederlands.nl/handboek/2020/01/schrijfprocessen.
Van Rijt, J.H.M., Van den Broek, B. en Van den Bergh, H. (2021), ‘Refocusing writing style education? Relationships between stylistic lapses and the quality of
Dutch secondary school students’ argumentative texts’, Journal of Writing Research, https://www.jowr.org/articles/volx_x/JoWR_2021_volx_nrx_VanRijt_et_al.pdf.
Steenbakkers, J. en J. van Balen (2020), ‘Welke persoonsvorming?, Didactiek Nederlands, 2 mei 2021, https://didactieknederlands.nl/dekwestie/2021/05/welke-persoonsvorming/.
J. Steenbakkers (2023), Speelse toewijding: een pedagogisch-didactisch onderzoek naar schrijfstijl- en formuleeronderwijs in klas 3 en 4 havo/vwo. Groningen.
Stubbé, H.E., A.M. Jetten, G.L. Paradies en G.J. Veldhuis (2015), Creatief Vermogen – de ontwikkeling van een meetinstrument voor leerlingen op school, TNO, Soesterberg.
Waanders, W. (2020), ‘Het schrijfcentrum als onderzoeksobject. Een brede verkenning van effectstudies.’, Tijdschrift voor Taalbeheersers 42 (3): 227–247, zie met name 240-242
We komen graag met u in contact als u vragen heeft, ons langs wilt laten komen op school of als u mee wilt helpen. U kunt mailen met Micha Hamel (m.hamel@uu.nl) of Els Stronks (e.stronks@uu.nl).