Deze oefening is onderdeel van leerlijn: Pamflet-12

23 Embleem

Je gebruikt het woord ‘embleem’ misschien wel eens voor het plaatje dat automerken als BWM en Ferrari op de motorkap monteren. Maar schrijvers gebruiken het woord anders. Voor hen betekent ‘embleem’ een tekstsoort (genre) waarin een kort opschrift (motto) gecombineerd worden met een afbeelding (pictura) en gedicht (epigram). Dat genre werd in de 16e eeuw in Italië uitgevonden, en Nederlandse schrijvers maken er nog steeds gebruik van, kijk maar eens naar dit embleem van Charlotte Mutsaers.

Zo’n embleem maak je door teksten te maken bij afbeeldingen die vragen oproepen bij de lezer. In deze oefening ga je leren hoe je dat doet, een woord-beeld-raadsel maken voor de lezer.

Je kent dit beeld misschien wel:

enorme cruiseschepen die de Italiaanse stad Venetië bijna lijken te vermorzelen. Voor veel inwoners van Venetië niet zo’n fijn beeld, en een groot aantal van hen wil inmiddels minder toerisme. Meer of minder toerisme wordt ook het onderwerp van jouw embleem.

  • Bedenk eerst of je voor meer of minder toerisme bent in jouw directe omgeving (stad, dorp, streek, provincie).
  • Zoek in je eigen omgeving een beeld dat met toerisme te maken heeft. Heb je wat inspiratie nodig, lees dan deze fragmenten uit twee krantenartikelen:

    Verkeersproblemen, zwerfafval en drukte zijn veel genoemde ergernissen. Ook denkt ruim de helft van de ondervraagden dat een verdere groei van het aantal toeristen zal leiden tot wrijvingen met inwoners. Drie op de vier ondervraagden constateren dat door recreatieve verhuur er onvoldoende huizen in de kernen beschikbaar zijn voor de eigen bewoners.

    Toerisme op Schouwen-Duiveland: mag het een onsje minder?.

  • Zeeland is niet ’s lands ideale fietsprovincie: de wind heeft er vrij spel en de fietspaden zijn er het hele jaar door tjokvol recreanten, met dank aan een oneindige voorraad huisjesparken. Toch heeft de provincie twee parels. Om te beginnen het oostelijke deel van Zeeuws-Vlaanderen, tussen het Kanaal van Gent naar Terneuzen, de Westerschelde en de grens met België: rustig, ruim en op een verrassende manier intiem. Maar bovenal de Zak van Zuid-Beveland, het gebied ten zuiden van Goes en ten oosten van Borssele. Hier rijd je – on-Zeeuws beschut – plots over intieme dijkjes met hoge populieren en oude boerderijen. Terwijl je in café Koek en Leut in het dorpje Nisse geniet van koffie met appelbol, vraag je je af: waar zijn al die recreanten gebleven?

    NRC, Dit zijn de meest uitdagende routes op de racefiets in Nederland, 22 juni 2023.

  • Kies een beeld uit en zorg dat je er een goede (digitale) foto van vindt, bijvoorbeeld via Google of Flickr.
  • Bedenk tegenargumenten bij je eigen standpunt, of bij het fragment uit het artikel dat je gebruikte. Bijvoorbeeld bij fragment 1: verkeersopstoppingen zorgen ervoor dat wandelaars lekker rond kunnen lopen tussen de auto’s. Zwerfvuil geeft de gelegenheid om statiegeldblikjes bij elkaar te zoeken. En bij fragment 2: als er geen andere racefietsers zijn in die geweldige Zak van Zuid-Beveland, wie kan ik dan inhalen en met wie kan in dan een wedstrijdje doen? Of: wat heb ik eraan als ik helemaal naar Zeeland komt om harde wind te hebben, en dan opeens in de beschutting fiets?
  • Voeg het beeld dat je gekozen hebt en al je gedachten samen tot een embleem, met een korte titel boven je foto en een iets langere tekst eronder. Die langere tekst kan rijmen, maar dat hoeft niet. Houd het tekstje wel kort, maximaal 100 woorden.
  • Het geheel moet je raadsel voor je lezer opleveren: ben je nou wel of niet voor toerisme? Door dat open te laten, kun je ervoor zorgen dat de lezer aan het nadenken slaat.

Lees en bekijk onderstaand embleem van de Amsterdamse schrijver Roemer Visscher, uit 1614. In modern Nederlands staat er: ‘Een dwaas en zijn geld zijn snel van elkaar gescheiden’.  

Dit embleem werd geschreven toen in het toenmalige Nederland de handel in tulpenbollen net begonnen was. Lees daar op de site Canon van Nederland wat meer over, als je er nog niet zoveel over weet.

  • Welke bedenkingen over die tulpenhandel heeft Roemer Visscher in dit embleem naar voren gebracht?
  • Welk deel van zijn verhaal brengt hij in beeld, welk deel brengt hij onder woorden?
  • Waarover laat hij de lezer nadenken?
  • Herlees het embleem dat je in de schrijfopdracht maakte. Wat is er in het beeld te zien, wat heb je in woorden opgeschreven?
  • Zit daar spanning en afstand tussen: kan de lezer het verband zien, maar moet die lezer ook wat moeite doen om het verband te leggen? Zou een ander beeld of andere tekst nog beter passen om je boodschap raadselachtiger te maken?

Je kunt je eindproduct beoordelen met deze matrix.

  • Emblema’, Algemeen letterkundig lexicon.
  • Roemer Visscher, Sinnepoppen (ed. L. Brummel). Martinus Nijhoff, Den Haag 1949, 5.
Zoek een nieuwe oefening
Neem contact met ons op